maandag 30 mei 2011

Onzichtbaar

Slordig he...
Elke keer komt er een langere periode tussen mijn blogs..
Moet ik toch echt eens iets aan doen.

Dus nu een blog over heden en verleden.
Onzichtbaarheid.

Ik bedoel dan onzichtbaarheid van jezelf naar andere mensen toe.
Ik ben zelf vaak, onzichtbaar geweest, en ik merk het nog steeds weleens.
Dan hoor je een bericht, een moeilijk bericht, je ziet die persoon en durft diegene dan niet aan te spreken.
Heeft bij mij met een angst te maken, wat voor gesprek komt er dan uit, en zeg ik dan wel het juiste...

Niet goed natuurlijk.. je moet gewoon op die persoon aflopen en praten.
Ik weet zeker dat die persoon daar echt op zit te wachten.
Waarom weet ik dat zeker?
Ik heb het persoonlijk ervaren.
Je bent gescheiden, er staat een stukje in het kerkblaadje, en daar loop je dan weer de kerk binnen.
Voor je gevoel zie je veel meer blikken dan daarvoor altijd het geval was.
Je hebt het idee dat bijna iedereen je aankijkt, met een veroordelende blik.
Oh zoiets duurt trouwens maanden...
Wat natuurlijk niet klopt met de werkelijkheid, want sommigen zien je enkel binnen lopen en hebben misschien dat stukje helemaal niet gelezen.
Anderen zullen je niet aan durfen te spreken, en ja sommigen zullen misschien wel een oordeel hebben.

Toch lijkt het mij dat we als christenen onder elkaar op elkaar moeten afstappen en in gesprek moeten gaan.

Ik wil direct aangeven dat ik niet met frustraties zit om wat ik nu ga zeggen, maar soms begrijp ik dingen gewoon niet.
Soms hoor je weleens het bericht dat er een gezin zich onttrekt van de gemeente, wat natuurlijk niet fijn is, of zelfs pijnlijk is.
Maar wat is het pijnlijke..
Dat een broeder of zuster zich onttrekt waardoor hij of zij geen deel meer uitmaakt van ons “gereformeerd vrijgemaakte gezin”
Of was het pijnlijk voor die broeder of zuster om zich te moeten onttrekken omdat hij zich onzichtbaar voelde.
Beide natuurlijk, maar van welke kant zien we het als persoon.

Hadden we niet al eerder als “gezin” om die broeder of zuster moeten staan? Of waren we allemaal onzichtbaar op dat moment.

Kort geleden werd ik thuis verrast met een boekje op mijn deurmat.
 “zin en onzin over dood, opstanding, hemel en hel”

Fijn, Christelijk leesvoer dacht ik.
Alleen de afzender is tot op dit moment onzichtbaar.
Misschien leest hij of zij mijn blog wel, wil diegene contact met me opnemen?
Want na een stukje lezen wil ik graag weten wat zijn of haar redenen zijn om dit door mijn brievenbus te gooien.
We mogen onszelf best wel laten zien aan elkaar.
Er wordt naar mijn idee nog te veel verstopt....

woensdag 11 mei 2011

De wandeling

Bijna elke dag maak ik een wandeling.
De lunchpauze op mijn werk wordt hier regelmatig voor gebruikt.
Samen met een collega ga ik dan een rondje lopen.

Ik werk in Almere en in een half uur loop je dan een een mooi stuk door een stukje natuur.
Tijdens zo’n wandeling heb je dan tal van gesprekken met elkaar.
En tijdens die gesprekken kun je heerlijk genieten van de omgringende natuur dat in deze tijd prachtig tot bloei komt.

Mijn collega (Harry) weet van mijn situatie.
Hij weet er dus van wat er de laatste tijd gebeurd is.
Harry is over de zestig, eind dit jaar stopt hij met werken.
Harry is Rooms Katholiek opgevoed en opgegroeid maar koos op zijn 16e voor een andere weg.

Harry is dus geen onbekende op dat gebied.
Soms kan hij best wel confronterend zijn, zelfs tegen het kwetsende aan.
Hij heeft weleens gezegd dat ik in een droomwereld leef.
Een droomwereld omdat ik klaar sta voor verzoening en wat dat met zich meebrengt.
Opmerkingen als “je bent toch gek als je dat doet?”
Of
“kom op man! Doe jezelf niet zo’n pijn en ga op zoek naar een leuke vrouw”

Harry gelooft in het wat je weleens hoort het “Ietsisme”

Toch komt hij er telkens op terug.

Gisteren nog, weer tijdens een heerlijke wandeling.
Opeens komt hij met de vraag “zeg!, in die bijbel van jou staat alles he?”
Ehm, ja wel alles wat ik nodig heb, en nog wat meer...

Hij begon over de eindtijd, hij ziet het als een atoombom voor zich, dat we onszelf kapot gaan maken.
“Staat dat ook allemaal in de Bijbel?” vroeg hij.
Nou, er staat niet precies omschreven hoe het gebeurd, wel dat er verschillende tekenen zullen zijn.
Ik zei dus dat als je nu kijkt naar al die natuurrampen, en oorlogen dat het moment soms nabij lijkt, maar dat alleen God weet wanneer en hoe.

Hij moest er even over na denken.
Ik zei daarna, dat ikzelf uitkijk naar dat moment.
“Wat? Kijk jij daar naar uit?!?”
Ja, en ik bedoel daarmee dan de wederkomst van Jezus.
“En jouw kinderen dan”
Mijn kinderen? Hoezo mijn kinderen?
“Die hebben nog een heel leven voor zich, dat misgun je ze toch niet?”
Ja, maar zij mogen mee, en het leven daarna zal onbeschrijfelijk veel mooier zijn.

Hij kon me alleen maar kort aankijken,
Hij gaf aan dat hij zich er niets bij kon voorstellen.

Misschien komt dat nog eens..